A.F.A.M. Wetzer, 7 juli 2007
Het pand is tegen het linker buurpand aangebouwd. Beide panden waren, gezien de cijnsboeken in bezit van vader en zoon Van Lith. De perceelsgrens loopt aan de rechterzijde bijna over de volle breedte van het bouwblok tot de bebouwing van de Kolperstraat door. Waarschijnlijk is deze grens tussen twee grote percelen ontstaan bij de uitgifte van de gronden kort na de ontmanteling van de stadsmuur. Het pand is onderverdeeld in een voor- en achterhuis, gescheiden door een dwarsmuur. De balklagen kunnen nog uit de 16de eeuw dateren. Er zijn geen aanwijzingen van een kelder onder het huis. Op het achtererf bevindt zich wel een tongewelfde kelder, die op een losstaand achterhuis duidt. | 388 |
De gevel is van eenvoudige, doch harmonieuze architectuur. Kroonlijst op geveltop heeft enige waarde. |
v.d. Griendt1409. "De Stad Antwerpen". | 71 |
1999 |
RedactieJuryrapport puiprijs '99Binnenstad 's-Hertogenbosch |
1910 | J. van de Griend en Zn. (schoenenmag. en winkeliers) |
1875 | mejufvr. M.A. Deckers (partikuliere) |
1908 | J. v.d. Griend & Zn. (schoenmagazijn en winkeliers) - A.W.H. Krekel (commies godshuizen) |
1910 | A.W.H. Krekel (commies godshuizen) |